
Lezingen - 10 februari 2026
Spring naar hoofdtekstNavigatiekalender
Navigatie
Jaar A
H. Scholastica, maagd
Eerste lezing
I Kon. 8, 22-23.27-30
Gij hebt gezegd dat uw naam daar zal wonen
en dat Gij er zult luisteren
naar de smeekbede van uw volk Israël.
Uit het eerste Boek der Koningen
In die dagen ging Salomo voor het altaar van de Heer staan,
ten aanschouwen van heel de gemeenschap van Israël.
Hij strekte zijn handen uit naar de hemel en zei:
„Heer, God van Israël,
buiten U is er geen god in de hemel daarboven
of hier beneden op aarde,
die zo goedertieren is en zo getrouw
aan het verbond met uw dienaren
die met heel hun hart hun schreden naar U richten.
„Maar zoudt Gij, God, werkelijk op aarde wonen?
„Zelfs de hemel en de hemel der hemelen kunnen U niet bevatten!
„Hoe dan deze tempel die ik gebouwd heb?
„Geef dan acht op de smeekbeden van uw dienaar,
Heer mijn God,
en luister naar zijn roepen
en naar het gebed dat uw dienaar vandaag tot U richt.
„Laat uw ogen dag en nacht waken over deze tempel
en over het heiligdom waarvan Gij gezegd hebt
dat uw naam daar zou wonen, en luister naar het gebed
dat uw dienaar op deze plaats tot U richt.
„Luister dan naar de smeekbede van uw dienaar
en van uw volk Israël,
die zij op deze plaats tot U zullen richten.
„Ja, Gij zult het horen vanuit de hemel, uw woonstede.
„Luister dan en schenk vergiffenis.”
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Antwoordpsalm
Ps. 84 (83), 3, 4, 5, 10, 11
R: Hoe lief is mij uw woning, Heer der hemelmachten
Mijn ziel verlangt en hunkert naar uw heiligdom.
Mijn hart en heel mijn wezen
gaan juichend uit naar U, de God die leeft.
Want zelfs de mussen vinden wel een schuilplaats,
de zwaluwen een nestje voor hun broed;
voor mij is dat uw altaar, Heer der hemelmachten,
mijn koning en mijn God!
Gelukkig zij, die wonen in uw huis, o Heer,
die U daar altijd mogen prijzen.
God, mijn beschermer, zie omlaag,
zie om naar uw gezalfde.
Voor mij is één dag in uw voorhof beter
dan elders duizend dagen.
Veel liever sta ik op de drempel van Gods huis
dan dat ik gast ben in de tent van zondaars.
Evangelie
Mc. 7, 1-13
Gij laat het gebod van God varen
en houdt vast aan de overlevering van mensen.
De Heer zij met u.
allen: En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus
allen: Lof zij U, Christus.
Eens kwamen de Farizeeën
en enkele schriftgeleerden uit Jeruzalem bij Jezus tezamen,
en ze zagen dat sommigen van zijn leerlingen met onreine,
dat wil zeggen, ongewassen handen aten.
De Farizeeën immers en al de Joden eten niet
zonder eerst de vingertoppen gewassen te hebben,
daar ze vasthouden aan de overlevering van de voorvaderen;
komen ze van de markt,
dan eten ze niet voordat zij zich gereinigd hebben;
zo zijn er nog vele andere dingen
waaraan ze bij overlevering vasthouden:
het afwassen van bekers, kruiken en koperen vaatwerk.
Daarom
stelden de Farizeeën en de schriftgeleerden Hem de vraag:
„Waarom gedragen uw leerlingen zich niet
volgens de overlevering van de voorvaderen,
maar eten zij met onreine handen?”
Hij antwoordde hun:
„Hoe juist heeft Jesaja over u, huichelaars geprofeteerd!
„Zo toch staat er geschreven:
Dit volk eert Mij met de lippen maar hun hart is ver van Mij.
Zij eren Mij, maar zonder zin,
en mensenwet is wat zij leren.
„Gij laat het gebod van God varen
en houdt vast aan de overlevering van mensen:
kruiken en bekers afwassen en meer van dergelijke dingen doet ge.
„Het is fraai,
– vervolgde Hij –
dat gij het gebod van God buiten werking stelt
om uw overlevering te handhaven!
„Mozes heeft immers gezegd:
Eer uw vader en uw moeder, en
Wie zijn vader of moeder vervloekt moet sterven.
„En toch leert gij:
Als iemand tot zijn vader of moeder zegt
alles waarmee ik u zou kunnen helpen, is Korban,
– dat betekent: offergave –
dan staat ge hem niet meer toe
iets voor zijn vader of moeder te doen.
„Zo maakt ge het woord Gods krachteloos
ten gunste van uw overlevering die gij doorgeeft.
„En ge doet meer van dergelijke dingen.”
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Bron: Tiltenberg Getijdengebed
Terug naar boven