
Lezingen - 24 januari 2025
Spring naar hoofdtekstNavigatiekalender
Navigatie
Jaar C
H. Franciscus van Sales, bisschop en kerkleraar
Eerste lezing
Hebr. 8, 6-13
Het verbond waarvan Jezus middelaar is, is veel verhevener.
Uit de brief aan de Hebreeën
Broeders en zusters,
In feite
is de bediening die Jezus is ten deel gevallen veel verhevener,
evenals het verbond waarvan Hij de middelaar is
en de beloften waarop het berust.
Was het eerste verbond zonder fout geweest
dan had men niet omgezien naar een tweede.
Maar God laakt hun fouten met deze woorden:
„Er komen dagen, zegt de Heer,
dat Ik met het huis van Israël en het huis van Juda
een nieuw verbond zal sluiten.
„Het zal anders zijn dan het verbond dat Ik met hun vaderen sloot
toen Ik hen bij de hand vatte om ze uit Egypte te leiden,
want zij hebben zich niet aan mijn verbond gehouden
en Ik heb Mij niet meer om hen bekommerd, zegt de Heer.
„En zó zal het verbond zijn
dat Ik met het huis van Israël zal sluiten, zegt de Heer:
„Mijn wetten prent Ik in hun geest en Ik grif ze in hun hart
Ik zal hun God zijn en zij zullen mijn volk zijn.
„Dan zal niemand meer een ander onderrichten
noch zeggen tot zijn broeder: Ken uw Heer.
„Allen zullen ze Mij kennen, van de kleinste tot de grootste.
„Want Ik zal hun ongerechtigheden vergeven
en hun zonden niet langer gedenken.”
Door te spreken van een nieuw verbond
heeft Hij het eerste voor verouderd verklaard,
en alles wat oud en bejaard wordt
staat op het punt te verdwijnen.
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Antwoordpsalm
Ps. 85 (84), 8, 10, 11-12, 13-14
R: Trouw en erbarmen gaan elkaar tegemoet.
Laat ons uw barmhartigheid zien,
geef ons uw heil, o Heer.
Uw heil is nabij voor hen die U vrezen,
uw Glorie komt weer bij ons wonen.
Als trouw en erbarmen elkaar tegemoet gaan
als vrede en recht elkander omhelzen;
dan zal de trouw uit de aarde ontspruiten,
en ziet uit de hemel gerechtigheid neer.
Dan zal de Heer ons zijn zegen schenken
en draagt ons land rijke vrucht.
Dan zal voor Hem uit gerechtigheid gaan
en voorspoed zijn schreden volgen.
Evangelie
Mc. 3, 13-19
Jezus riep tot zich die Hij zelf wilde; en zij kwamen bij Hem.
De Heer zij met u.
allen: En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus
allen: Lof zij U, Christus.
In die tijd ging Jezus de berg op
en riep tot zich die Hij zelf wilde;
en zij kwamen bij Hem.
Hij stelde er twaalf aan om Hem te vergezellen
en door Hem uitgezonden te worden om te prediken,
met de macht de duivels uit te drijven.
Hij wees dus deze twaalf aan;
Simon, die Hij de naam Petrus gaf;
verder Jakobus, de zoon van Zebedeüs
en Johannes, de broer van Jakobus,
aan wie Hij de naam Boanérges gaf,
wat betekent zonen van de donder;
vervolgens Andreas, Filippus, Bartolomeüs, Matteüs,
Tomas, Jakobus, de zoon van Alfeüs,
Taddeüs, Simon de IJveraar
en Judas Iskariot, die Hem overgeleverd heeft.
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Bron: Tiltenberg Getijdengebed
Terug naar boven