
Lezingen - 5 januari 2024
Spring naar hoofdtekstNavigatiekalender
Navigatie
Jaar B
H. Gerlach, kluizenaar
Eerste lezing
1 Joh. 3, 11-21
Wij zijn overgegaan van de dood naar het leven, omdat wij onze broeders liefhebben.
Uit de eerste brief van de heilige apostel Johannes
Vrienden,
Dit is de boodschap
die gij vanaf het begin gehoord hebt:
dat wij elkaar moeten beminnen.
Wij mogen niet zijn zoals Kaïn
die een kind van de boze was en zijn broeder vermoordde.
En waarom vermoordde hij hem?
Omdat zijn eigen daden slecht waren
en die van zijn broeder goed.
Broeders,
weest niet verwonderd als de wereld u haat.
Wij zijn overgegaan van de dood naar het leven;
wij weten het
omdat wij onze broeders liefhebben.
De mens zonder liefde is nog in het gebied van de dood.
Ieder die zijn broeder haat
is een moordenaar,
en gij weet
dat geen moordenaar eeuwig leven in zich heeft.
Wat liefde is
hebben wij geleerd van Christus:
Hij heeft zijn leven voor ons gegeven.
Dus zijn ook wij verplicht ons leven te geven voor onze broeders.
Hoe kan de goddelijke liefde blijven in een mens
die geld genoeg heeft
en toch zijn hart sluit voor de nood van zijn broeder?
Kinderen,
wij moeten niet liefhebben met woorden en leuzen
maar met concrete daden.
Dat is onze maatstaf;
daardoor krijgen wij de zekerheid
dat wij thuishoren bij de waarachtige God.
Dan mogen wij ook voor zijn aanschijn ons geweten geruststellen
ook als het ons veroordeelt,
want God is groter dan ons hart en Hij weet alles.
Dierbare vrienden,
daar ons geweten ons dus niet hoeft te veroordelen
mogen wij vrijmoedig met God omgaan.
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Antwoordpsalm
Ps. 100 (99), 2, 3, 4, 5
R: Juicht voor de Heer, alle landen.
Juicht voor de Heer, alle landen,
dient met blijdschap de Heer.
Treedt onbezorgd voor zijn Aanschijn.
Waarlijk, de Heer is God.
Hij is de Schepper en Meester,
wij zijn kudde, zijn volk.
Trekt met een lied door zijn poorten,
komt in zijn voorhof met zang.
Zegent zijn Naam en eert Hem.
Hij is ons goed gezind.
Eindeloos is zijn erbarmen,
trouw van geslacht op geslacht.
Evangelie
Joh. 1, 43-51
Gij zijt de Zoon van God, Gij zijt de Koning van Israël.
De Heer zij met u.
allen: En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes
allen: Lof zij U, Christus.
In die tijd,
toen Jezus naar Galilea wilde vertrekken
trof Hij Filippus aan en zei tot hem:
„Volg Mij.”
Deze Filippus was van Betsaïda,
de stad van Andreas en Petrus.
Filippus ontmoette Natanaël en zei hem:
„Degene over wie Mozes in de Wet geschreven heeft
en ook de profeten,
Hem hebben wij gevonden:
Jezus, de zoon van Jozef, uit Nazaret.”
Natanaël smaalde:
„Uit Nazaret, kan daar iets goeds vandaan komen?”
Waarop Filippus antwoordde:
„Kom dan kijken.”
Jezus zag Natanaël naar zich toekomen
en zei, doelend op hem:
„Dat is waarlijk een Israëliet in wie geen bedrog is!”
Natanaël zei tot Hem:
„Hoe kent Gij mij?”
Jezus gaf hem ten antwoord:
„Voordat Filippus u riep
zag Ik u onder de vijgenboom zitten.”
Toen zei Natanaël tot Hem:
„Rabbi,
Gij zijt de Zoon Gods,
Gij zijt de Koning van Israël.”
Jezus antwoordde:
„Omdat Ik u zei dat Ik u onder de vijgenboom zag gelooft ge?
Gij zult grotere dingen zien dan deze.”
En Hij voegde er aan toe:
„Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u:
gij zult de hemel open zien
en de engelen Gods zien opstijgen en neerdalen
in dienst van de Mensenzoon.”
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Bron: Tiltenberg Getijdengebed
Terug naar boven